Titel: | Vlo en Stiekel – Vliegen Zwammen |
Auteur: | Pieter Koolwijk |
Uitgeverij: | Lemniscaat, 2013 |
ISBN: | 9789047705093 |
Illustraties: | Linde Faas |
Recensie Vlo en Stiekel Vliegen Zwammen
‘Weet je dat ik je vader nog nooit heb gezien, Stiekel?’ zei Vlo’s moeder.
Stiekel knikte begripvol. ‘Dat hoor ik wel vaker.’
‘O?’ De vrouw keek het meisje geïnteresseerd aan. ‘En hoe komt dat dan?’
‘Volgens mijn moeder heb ik heel goede oren,’ antwoordde Stiekel. ‘Ik denk daarom?’
Pieter Koolwijk is een leuke schrijver. Hij heeft leesbaar plezier in zijn verhaal over het meisje Stiekel en haar vriendje Vlo, iets wat het lezen van ‘Vliegen zwammen’ tot een aangename ervaring maakt, en zeker niet alleen voor kinderen. Het is een voorlees-leesboek: alles werkt.
Wat ook werkt, is dat het boek op zichzelf staat. ‘Vliegen zwammen’ is het tweede Vlo en Stiekel verhaal dat Koolwijkschreef, maar je kan het ook los lezen. In het eerste deel is Stiekel de rare nieuweling op de school van Vlo. Vlo ís al anders, maar hij heeft daar last van en Stiekel niet. Stiekel is zó zichzelf dat ze de opmerkingen die gemeen bedoeld zijn eerder als complimenten ziet. Een wijze en troostende les voor Vlo en alle andere gepeste kinderen in deze wereld.
Koolwijk borduurt in deel twee verder op het thema ‘anders zijn’. Nu gaat het niet alleen om de nadelen, maar juist om de voordelen. Als je eenmaal de schaamte van het anders zijn opzij hebt gezet ben je vrij. Vrij om vanalles over jezelf te ontdekken. Dat je kan praten met vliegen bijvoorbeeld. Of dat je kabouters kunt zien.
Stiekels vader is een kabouter, of in elk geval is hij heel klein. En je kunt hem alleen maar zien als je niet denkt terwijl je kijkt, maar gewoon kijkt. Nog zo’n les waar Vlo even mee worstelt, maar die aantrekkelijk is. We horen zo vaak wat we zouden moeten zien, dat we niet meer gewoon kijken. Zonder oordeel, zonder vooroordeel. Als je zonder bijbedoelingen kijkt, blijkt je wereld niet alleen groter, maar ook magischer. In ieder geval de wereld van Vlo en Stiekel.
‘Vliegen zwammen’ is een wat buitelig, vrolijk verhaal met een enge voodoomoeder, zwermen vliegen en iets ingewikkelds met spreeuwen (wat ik niet helemaal geloofde, maar misschien denk ik te veel na als ik lees). Wat enorm goed samen gaat met het verhaal van Koolwijk, zijn de blije tekeningen van Linde Faas. Zij heeft Stiekel getekend zoals je je haar voorstelt. En dat is knap, want bij mij lijken hoofdpersonen uit boeken die ik in mijn hoofd voor me zie, bijna nooit op het poppetje dat ervan getekend wordt. Stiekel dus wel. Faas kan ook heel goed vliegen tekenen. Ze kriebelen over de bladzijdes, je hoort het gezoem. En grappig is ze ook; de tekeningen buitelen vrolijk met het verhaal mee. Stiekel die zeer verheugd naar het groepje vliegen om haar heen zit te luisteren en – de favoriet van mijn zoontje – de voodoomoeder met haar rok boven haar hoofd gebonden. ‘De voodoomoeder zag eruit als een vuilniszak, met een witte onderbroek, blote benen en zwarte laarzen eronder.’
Zou er hierna nog een Vlo en Stiekel komen? Het zou makkelijk kunnen, want er zitten nog genoeg raadsels in ‘Vliegen zwammen’ waar mooie nieuwe verhalen aan vast geknoopt zouden kunnen worden. Misschien is Koolwijk wel met het bouwen van een fantasie-koninkrijk bezig. Een parallelle wereld waar je kunt binnenwandelen als het buiten regent en grijs is. Een fantasie-koninkrijk met kabouters en wonderlijk kelders en waar niets is wat het lijkt, totdat je echt goed kijkt.